De wijn

Meesterlijke Margaux die ooit in handen was van Luc Thienpont. De wijn is een assemblage van 65% Merlot, 25% Cabernet-Sauvignon en 10% Petit Verdot. De druivenstokken zijn gemiddeld 35 jaar oud en de gemiddelde opbrengst bedraagt 50hl/ha. Tijdens het vinificatieproces komen de wijnen eerst tot stand in ruwe betonnen vaten. Daarna rijpen de wijnen verder gedurende 15 maanden in eikenhouten vaten waarvan 40% nieuw zijn. Dit is op en top Margaux. Pracht en praal in een fles.

Geschiedenis

Gorsse (of Gorce) is een zeer oude naam in het Guienne-gebied in het zuidwesten van Frankrijk die zich in de middeleeuwen over de hele Médoc-regio verspreidde. Verschillende Gorsse families leefden eeuwenlang in Margaux en in de omliggende dorpen. Een 'abt Gorce' gaf misschien zijn naam aan de plaats. Het bestaan van het nobele huis van La Bégorce sinds 1332 wordt genoemd door Edouard Ferret in zijn editie van 1868, waarin hij het introduceert als een van de mooiste en best gelegen in het dorp Margaux. Tegenover het pastelportret van François Gorsse, 'vader van een roemruchte inwoner, het Margaux-kasteel van abt Gorse' door J.B. Perroneau, circa 1756. Na de Franse Revolutie werd het leengoed verdeeld onder drie landeigenaren.

Dit deel van het terrein, waar het oorspronkelijke kasteel zich bevond, gelegen op grindachtig land op de hoogste heuvels van Margaux, werd omringd door de beroemdste wijngaarden van dit dorp. De wijnen van L'Abbé Gorsse Pérès waren, net als die van Labégorce Rooryck, de toonaangevende crus bourgeois supérieurs van Margaux en de eerste keer dat ze werden tentoongesteld, in 1905 in Luik, wonnen ze zowel een gouden medaille als een hoofdprijs. Château Margaux kocht de wijngaard terug en in 2002 verwierf Hubert Perrodo het 17e-eeuwse gebouw.

Het grootste deel van het landgoed Labégorce werd in augustus 1795 verkocht aan de familie Benoist, wiens afstammelingen, de ingenieur Gustave Zédé, directeur van scheepsbouw en ontwerper van de eerste Franse onderzeeër (de Gymnote in 1888); en zijn broer, vice-admiraal Emile Zédé, voegden hun illustere naam toe aan het jaartal. Vervolgens ging het in handen van de Bayers en in 1961 aan Jean Battesti, die een deel van de wijngaard herplantte en ernaar streefde een wijn van goede kwaliteit te produceren. In 1979 stond Battesti zijn eigendom af aan de G.F.A. (Agricultural Land Group) van Château Labégorce Zédé. De manager, Luc Thienpont, was een aanwinst voor de Margaux-appellatie en behaalde erkenning bij de grootste kenners voor een wijn van onberispelijke kwaliteit, een kwaliteit die zijn promotie naar de eerste rang verdiende tijdens de classificatie van de crus bourgeois in 2003.

Hubert Perrodo kocht Château Labégorce in 1989, vervolgens L'Abbé Gorsse de Gorsse in 2002 en tenslotte Labégorce Zédé in 2005. Door een prestigieuze wijngaard met een gedeelde geschiedenis te herenigen, behaalde Hubert Perrodo, bedrijfsontwikkelaar en industrieel, het doel dat hij zichzelf had gesteld. Rondom het Château Labégorce delen deze grote Margaux crus bourgeois opnieuw hun toekomst samen. Zijn dochter Nathalie beheert nu het landgoed, dat ook een Grand Cru Classé Château Marquis d'Alesme omvat.